Ziekenhuizen en hulpverleners doelwit in Gaza: 'Niets blijft gespaard'
"Alles is kapot, waar moeten we nu naartoe?", zegt een patiënt van het Al Ahli ziekenhuis in Gaza tegen nieuwsorganisatie EVN. Hij zit buiten op een ziekenhuisbed, omringd door verwoesting. Achter hem zijn zwartgeblakerde muren te zien, andere bedden liggen verstopt onder brokstukken en hulpverleners doorzoeken het puin in de hoop nog bruikbare spullen te vinden.
De Israëlische aanval van afgelopen zondag heeft het laatste volledig functionerende ziekenhuis in de Gazastrook vernietigd achtergelaten. "Het ziekenhuis is nu gesloten en we weten niet of we ergens in de komende dagen weer open kunnen", zegt chirurg Tayseer al-Tanna via de telefoon.
De dokter vertelt dat een groot deel van de medewerkers en patiënten tijdig is geëvacueerd. Anders had het dodenaantal veel hoger kunnen liggen. Wel stierf een jongen van 12 met een hoofdwond tijdens de evacuatie; zijn lichaam kon de abrupte verplaatsing niet aan.
Herstel van het ziekenhuis zal weken, misschien wel maanden duren, zegt Fadl Naeem, een andere arts in het Al Ahli ziekenhuis tegen hulporganisatie Medical Aid for Palestinians. Hij vertelt dat sommige onderdelen van het ziekenhuis niet kunnen worden vervangen, omdat die materialen de grens naar Gaza niet over mogen van Israël.
33 ziekenhuizen beschadigdAl Ahli is niet het enige ziekenhuis dat de afgelopen week werd geraakt door een Israëlische aanval. Afgelopen dinsdag werd ook het Kuwait veldziekenhuis in Al Mawasi aangevallen. Eén Palestijn werd gedood, tien andere raakten gewond. Het is een aanval in een lange reeks van bombardementen en beschietingen op ziekenhuizen. Israël zegt de ziekenhuizen aan te vallen omdat er Hamasleden zitten.
Volgens de autoriteiten in Gaza zijn sinds het begin van de oorlog 1300 gezondheidszorgmedewerkers gedood en zijn alle 36 ziekenhuizen in Gaza doelwit geweest van aanvallen. De Wereldgezondheidsorganisatie heeft vastgesteld dat 33 daarvan beschadigd zijn geraakt.
Hulpgoederen zijn sinds 2 maart de strook niet meer ingekomen door Israëls blokkade. Volgens het lokale ministerie lopen zo'n 60.000 Gazaanse kinderen daardoor risico op ondervoeding. Het Internationaal Gerechtshof in Den Haag bepaalde dat Israël er alles aan moet doen om de inwoners van Gaza van basisvoorraden te voorzien en genocide moet voorkomen.
"Maar daar komt niets van terecht", zegt Hizkia de Jong van Artsen zonder Grenzen. "De evacuatiebevelen komen vaak kort van tevoren. Zie dan maar eens adequaat je ziekenhuis te evacueren, met mensen aan de zuurstof. Niets blijft bij die aanvallen gespaard."
In strijd met internationaal rechtDe Jong vertelt ook dat de Israëlische autoriteiten het zouden moeten vertellen aan hulporganisaties wanneer ze een doelwit gaan aanvallen, "maar dat doen ze niet altijd". Hulporganisaties benadrukken dat de acties van Israël ingaan tegen het internationaal recht.
En dat bevestigt Göran Sluiter, hoogleraar internationaal strafrecht aan de Universiteit van Amsterdam. "Een aanval op een ziekenhuis zoals zondag is zeker in strijd met het internationaal recht. Ook als er een Hamasstrijder in het ziekenhuis zat."
Sluiter legt uit dat een ziekenhuis alleen een legitiem doelwit zou kunnen zijn wanneer er een grote groep Hamasmilitanten zou zitten en er nauwelijks meer zorg zouden worden verleend in het ziekenhuis. "Maar het is de vraag of daarvan in dit geval sprake is."
Israël geeft weinig informatie over zijn doelwitten. Daarnaast is bekend dat de Israëlische autoriteiten regelmatig liegen over hun aanvallen. "Kijk maar naar de aanval op het hulpverlenerskonvooi in Rafah", zegt Sluiter. "Eerst zei Israël dat het onherkenbare ambulances waren, vervolgens verschijnt er beeld van de aanval en wordt duidelijk dat van Israëls verhaal niets klopt."
Bij het Internationaal Gerechtshof loopt een genocide-zaak tegen Israël en bij het Internationaal Strafhof liggen arrestatiebevelen tegen de Israëlische premier Netanyahu en de voormalig defensieminister Gallant voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid.
Daarvan lijkt Israël zich weinig aan te trekken. "Al decennialang legt Israël uitspraken van internationale tribunalen naast zich neer", zegt Sluiter. "In 2003 was er een uitspraak dat de muur langs de Westelijke Jordaanoever onrechtmatig was. Israël heeft daar niets mee gedaan."
Wat kan de internationale gemeenschap dan wél doen? Er is geen centraal orgaan dat de naleving van internationaal recht controleert. Sluiter ziet mogelijkheden in het uitoefenen van politieke druk. "Denk aan sancties, of het erkennen van de Palestijnse staat, wat een aantal landen al doet. De vraag is of Nederland zich daarbij gaat aansluiten."