CBS: geen daling in aantal vermoorde vrouwen door (ex-)partner
Elke acht dagen wordt er in Nederland een vrouw gedood. Bij ongeveer de helft was de (vermoedelijke) dader een partner of ex-partner. En dat aantal is de afgelopen vijftien jaar niet gedaald, blijkt uit de nieuwste cijfers van het CBS.
Gescheiden vrouwen zijn relatief het vaakst slachtoffer van moord of doodslag door een (ex-)partner. De slachtoffers zijn dan meestal tussen de 20 en 40 jaar.
Het aantal vrouwen dat in Nederland om het leven wordt gebracht door een partner of ex ligt in het midden van de aantallen in andere Europese landen over 2017 tot en met 2023. Slowakije rapporteert het laagste aantal, in Finland en Litouwen zijn de cijfers het hoogst.
Daarbij tekent het CBS aan dat veel landen geen (betrouwbare) cijfers bijhouden, omdat ze bijvoorbeeld geen dadergegevens hebben. Ook wordt op verschillende manier geregistreerd; in sommige landen wordt doodslag niet gerapporteerd.
Femicide MonitorMarieke Liem, hoogleraar veiligheid en interventies aan de Universiteit Leiden, denkt dat er twee oorzaken ten grondslag liggen aan het feit dat het aantal vermoorde vrouwen niet afneemt. "Het zou juist een effect kunnen zijn van de vrouwenemancipatie in de afgelopen decennia. Hierdoor proberen mannen in sommige heel traditionele relaties het statusverschil te compenseren door bijvoorbeeld hun vrouw te controleren, te isoleren, te kleineren, maar ook door geweld toe te passen."
Een andere denkbare oorzaak is psychische problematiek, zegt Liem. "Denk aan schulden en verslavingsproblematiek. Die is de afgelopen 10 tot 15 jaar ook niet sterk gedaald. Dus je zou kunnen zeggen dat geweld tegen vrouwen een afgeleide is van die problemen."
Liem publiceerde dit jaar de zogenoemde de Nederlandse Femicide Monitor, waarin vergelijkbare cijfers als het CBS zijn opgenomen, zegt Liem. "Dat koppelen we met data van politie en het Openbaar Ministerie, de rechtbank en de media. Belangrijker nog is dat er gesproken wordt met nabestaanden van vrouwen die overleden zijn door geweld. Daaruit blijkt dat heel veel van hen niet eerder op de radar stonden van politie en justitie. Dus heel veel vrouwen hebben niet aan de aan de bel getrokken of althans niet officieel melding gedaan van het geweld."
Omgeving moet ingrijpenLiem zegt dat veel vrouwen die door femicide om het leven komen, hoogopgeleid zijn. "Die denken: ik los het zelf wel op. Ze hebben ook vaak een hoog empathisch vermogen en leggen soms een schuld bij zichzelf. 'Ik heb zelf ook gedronken. Ik heb zelf ook dingen gezegd die niet door de beugel konden'. Op die manier blijven ze eigenlijk langdurig in een situatie die heel erg gevaarlijk voor ze is."
Volgens de hoogleraar kan het femicidecijfer in de toekomst wel worden teruggebracht, "als gendergelijkheid de norm wordt in de maatschappij in plaats van dat het wordt bestreden."
Tot die tijd is het zaak dat mensen in de omgeving van een vrouw actie ondernemen als ze zien dat er iets aan de hand is. "Collega's, buren, huisartsen, werkgevers dus", zegt Liem. "Dat die zeggen: 'Ik ga een melding doen, jij gaat vanavond niet naar huis, je gaat met mij mee. Ik neem het hier over, ik ga je helpen en in veiligheid brengen."