Ruim een week ligt Iran, waaronder Teheran, nu onder vuur door Israëlische luchtaanvallen. Tienduizenden mensen in de hoofdstad zijn hun huis ontvlucht en proberen de miljoenenstad uit te komen, op zoek naar een veilig onderkomen. Iraniërs door het hele land starten acties om elkaar te helpen, vaak via sociale media en in chatgroepen.
Artsen bieden aan om mensen in nood te helpen en delen hun telefoonnummer. Iraniërs koken maaltijden om uit te delen aan ontheemden en stellen hun huis open. Op beelden is te zien dat mensen bij tankstations snacks en drinken uitdelen aan automobilisten die urenlang in de rij staan om een paar liter benzine te krijgen.
Een restauranthouder neemt voor zijn zaak een video op met de oproep om bij hem langs te komen. "Iedereen die eten nodig heeft, kom gewoon met een pan naar mijn restaurant toe", zegt de eigenaar. "In deze situatie moeten we elkaar helpen, doe wat je kunt voor anderen. Deze dagen zullen uiteindelijk weer voorbijgaan."
Ook aan de vele huisdieren wordt gedacht. "Iedereen die hulp nodig heeft met injecties, verband of het vinden van medicijnen, help ik graag", zegt een dierenarts in een video, terwijl hij met een stethoscoop om zijn nek voor de Azadi-toren in Teheran staat, het symbool van de stad.
Op het grote treinstation in Teheran staan lange rijen. Reizigers die de stad uit willen hoeven geen kaartje meer te kopen, maar mogen nu gratis naar andere steden in het land reizen. En ook bedrijven doen mee: Bomgardi, een verhuurplatform voor gastenverblijven, probeert mensen die Teheran verlaten te koppelen aan een huis in een ander deel van het land.
Geen internet
Het is moeilijk om zicht te krijgen op de schade en slachtoffers door de Israëlische aanvallen. De afgelopen dagen was de internettoegang in het hele land grotendeels afgesloten door het Iraanse regime. Nu is er wel weer bereik. Beelden van bombardementen worden vrijwel niet gedeeld, uit angst voor represailles. Beelden die er wel zijn laten zien dat veel straten zijn uitgestorven en winkels zijn gesloten.
Wel is duidelijk dat niet alleen militaire en nucleaire infrastructuur door Israël wordt aangevallen, ook burgerdoelen worden geraakt. Zo werden olie-depots gebombardeerd, waardoor minder brandstof voorhanden is en wat bovendien grote economische gevolgen kan hebben in het al noodlijdende land dat gebukt gaat onder sancties. Ook ziekenhuizen, appartementencomplexen en de staatsomroep waren doelwit.
Meer dan 650 mensen zijn inmiddels gedood en zeker 200 mensen zijn gewond geraakt door Israëlische aanvallen, zegt de Iraanse organisatie Human Rights Activists News Agency (Hrana), dat gevestigd is in Washington en op afstand tellingen bijhoudt. Een groot deel van de doden zijn volgens Hrana burgers, onder wie nucleaire wetenschappers.
Er is veel angst, want niemand weet waar en wanneer het Israëlische leger kan toeslaan. Vanuit de overheid komt geen informatie. Er is geen opvang voor ontheemden en naast de metrostations geen veilige plekken om te schuilen. In chatgroepen geven Iraniërs elkaar advies: plak tape op de ramen, dan raak je niet gewond door glasscherven na een bombardement.
Iraniërs voelen zich in de steek gelaten, ze weten dat ze van het regime niets hoeven te verwachten. De machthebbers zijn er vooral op gefocust om deze oorlog zelf te overleven, zo klinkt het. "Israëliërs kunnen ten minste nog naar een schuilkelder, hier is het elke dag weer afwachten wat er gaat gebeuren", zegt de 60-jarige Mehdi tegen de NOS.
'Klem tussen twee kwaden'
De boosheid onder Iraniërs is groot. Ze hebben het gevoel dat niet alleen het nucleaire programma of het regime, maar ook zijzelf doelwit zijn. Israël riep deze week de inwoners van twee wijken in de stad op om te vertrekken, wat neerkomt op de evacuatie van honderdduizenden inwoners. De Amerikaanse president Trump zei zelfs dat alle bewoners uit de hoofdstad moeten vertrekken, dat zijn zo'n 14 miljoen mensen.
"Ik heb mijn huis en alles wat ik had achter moeten laten", zegt de 39-jarige Bahar uit Teheran, die naar haar moeder in het noorden is vertrokken. "Alles wat ik heb opgebouwd in mijn leven is er misschien straks niet meer." De bevolking zit nu klem tussen twee kwaden, zegt ze. "Het ene monster is het regime, het andere is Netanyahu die dit land wil platgooien en ons wil verdelen. Klootzakken zijn het."
Toch proberen veel Iraniërs het dagelijks leven zoveel mogelijk op te pakken, en is niet iedereen van plan om te vertrekken. "Ik ben naar de supermarkt en de bakker geweest en heb zelfs even gesport", zegt Mehdi. "En ik heb mijn kanaries op mijn kantoor eten gegeven. Dat zit bij een winkelcentrum en ik voel me er veilig, want ik ga er maar van uit dat Israël geen raketten wil verspillen aan kledingwinkels."