Vanaf 08.00 mogen ruim 59 miljoen Duitsers naar de stembus om een nieuw parlement te kiezen. Hoogstwaarschijnlijk kiezen ze daarmee ook een nieuwe regeringsleider: de SPD van bondskanselier Scholz komt in de peilingen al weken niet verder dan zo'n vijftien procent van de stemmen.
Aan kop in de peilingen gaan oppositieleider Friedrich Merz en zijn CDU/CSU met zo'n dertig procent. Op dit moment ziet het er naar uit dat de radicaal-rechtse AfD van Alice Weidel tweede wordt, zij liggen in de peilingen al weken rond de twintig procent.
Om 08.00 uur werden in de stembureaus de eerste kiezers verwelkomd:
Ten opzichte van Nederland zijn er bij de Duitse verkiezingen twee opvallende verschillen. Ten eerste is dat het aantal stemmen: in Duitsland mag je twee vakjes rood kleuren in het stemhokje, in plaats van een.
De eerste stem, de Erststimme, gaat naar de districtskandidaat. Via een 'winner takes it all'-systeem zoals dat ook in het Verenigd Koninkrijk bestaat, komt er in principe namens elk kiesdistrict een kandidaat in het parlement. In totaal heeft Duitsland 299 kiesdistricten.
Daarnaast bestaat de tweede stem, de Zweitsstimme. Die gaat naar een partij en is de belangrijkste, omdat het aantal Zweitstimmem bepaalt hoeveel zetels een partij in de Bondsdag krijgt. Die zetels worden in eerste instantie gevuld met mensen die direct zijn gekozen met de Erststimme van het districtenstelsel.
Tot en met de vorige Bondsdagverkiezingen in 2021 stond het aantal zetels in de Bondsdag niet vast. Als gevolg van een ingewikkelde verdeelsleutel in de kieswet kon het parlement groeien en krimpen. Dat leidde er de laatste paar verkiezingen toe dat de Bondsdag steeds verder uitdijde: afgelopen periode zaten er 733 mensen in het parlement.
Om aan die groei een einde te maken is in 2023 besloten om de kieswet te veranderen. Vanaf nu bestaat de Bondsdag uit 630 zetels, niet meer en niet minder. Dat kan er wél toe leiden dat wie een district gewonnen heeft, uiteindelijk niet in de Bondsdag komt.
Want stel, namens een partij mogen op basis van de Erststimme honderd mensen het parlement in, terwijl er op basis van de Zweitstimme maar tachtig zetels zijn behaald, dan staan er vanaf nu dus twintig kandidaat-parlementariërs aan de zijlijn. In zo'n situatie mogen de districtskandidaten die de meeste stemmen haalden het parlement in.
Het andere opvallende verschil met Nederland is dat Duitsland een kiesdrempel kent. Een partij moet minimaal vijf procent van het totaal aantal stemmen halen om de Bondsdag in te mogen. Als gevolg daarvan zaten er de afgelopen periode zeven partijen in het Duitse parlement.
In de jaren voor de machtsovername door Adolf Hitler in 1933 kende Duitsland geen kiesdrempel. Elke verkiezing kwamen er partijen bij, werd de politiek verder versplinterd en raakte het land politiek instabieler. Om dat in de toekomst te voorkomen is na de oorlog de kiesdrempel ingevoerd.
Voor drie kleine partijen is het daarmee vandaag erop of eronder. Het gaat om de FDP, de liberale partij die afgelopen november uit de regering stapte. Het gaat om BSW, de links-conservatieve, pro-Russische partij die een halfjaar geleden bij de deelstaatverkiezingen in het oosten van Duitsland goede resultaten behaalde.
Gat op links
En tenslotte gaat het om Die Linke, de linkse partij met wortels in de communistische partij uit de tijd van de DDR. Die partij leek op sterven na dood. Maar omdat linkse partijen als SPD en Groenen meer naar het midden zijn opgeschoven, is er nieuwe ruimte op links ontstaan.
Vooral jongeren springen met Die Linke in dat gat. Ook met dank aan een geslaagde campagne op social media en een jonge lijsttrekker die opviel met haar vurige rede tegen politieke samenwerking tussen CDU/CSU en AfD in de Bondsdag.
In deze video vind je meer informatie over hoe de verkiezingen werken: