Datacenter komt wel op overvol stroomnet, school niet: hoe kan dat?
In Almere komt een groot nieuw datacenter. De provincie Flevoland heeft groen licht gegeven voor de bouw van het complex. Het centrum verbruikt dezelfde hoeveelheid stroom als 80.000 huishoudens, bijna net zoveel als de stad zelf.
Maar het elektriciteitsnet in Almere zit inmiddels zo vol, dat andere bedrijven en instellingen de komende jaren zelf voor hun stroom moeten zorgen. Zo bouwt Hogeschool Windesheim even verderop in de stad een nieuwe campus waar 5000 studenten les kunnen krijgen.
Het gebouw krijgt voorlopig geen aansluiting op het net. De hogeschool kijkt naar accu's en aggregaten om straks toch stroom te hebben.
"In verhouding tot het datacenter zijn wij slechts een kleine speler", zegt Maarten de Vries, projectleider van de nieuwe Windesheim-campus. "We verbruiken een fractie van de capaciteit van het net. Waarom kunnen we er niet iets op bedenken om ons als onderwijsinstelling voorrang te geven?"
Datacenter vroeg eerder om aansluitingEvoswitch, de initiatiefnemer van het datacenter in Almere, kwam drie jaar geleden met de aanvraag voor een stroomaansluiting. Toen was er nog ruimte op het net. Door een toename van onder meer elektrische auto's, warmtepompen, zonnepanelen en windmolens raakte het elektriciteitsnet overbelast. Daardoor is er nu een wachtlijst voor grote bedrijven en projecten.
Windesheim was een jaar later met een aanvraag voor een aansluiting. Toen zat het net vol. De regel is: wie het eerst komt, die het eerst maalt, dus belandde de hogeschool in een wachtrij. "Dat is helaas hoe de wetgeving in elkaar zit", zegt De Vries.
"Dat wij als maatschappelijke instelling geen prioriteit krijgen, vinden we onterecht en dat is precies waarom we bij de gemeente, provincie en de rijksoverheid aan de bel trekken."
Een aantal instanties krijgt wel voorrang:
Volgens André Faaij, directeur wetenschap en technologie bij onderzoeksinstituut TNO, is dit een politieke keuze: "Over wie wel en niet voorrang moet krijgen, kun je sterk van mening verschillen. Voor de meeste partijen geldt nog altijd: wie het eerst komt, die het eerst maalt. Dat is een rare manier van prioriteiten stellen."
Faaij pleit ervoor om eisen te stellen aan grootverbruikers, zoals datacenters, om zelf maatregelen te nemen. "Ze zouden bijvoorbeeld met boeren in de buurt kunnen afspreken om windmolens te plaatsen met rechtstreekse kabels naar het datacenter. Ook zouden ze meer kunnen doen met zonnepanelen, accu's of waterstof. Dan worden ze deel van de oplossing."
Demissionair kabinet werkt aan maatregelenHet ministerie van Klimaat en Groene Groei laat in een reactie weten dat het overvolle stroomnet "een belangrijke prioriteit" is van het demissionaire kabinet. Minister Hermans (VVD) kwam eerder dit jaar met maatregelen om het stroomnet sneller uit te breiden. Zo moeten procedures voor de aanleg van nieuwe kabels en hoogspanningslijnen worden verkort. "Maar helaas kosten veel oplossingen tijd voordat ze hun vruchten afwerpen", schrijft het ministerie.
Hogeschool Windesheim denkt nog na over een oplossing voor de nieuwe campus in Almere. Over twee jaar moet het gebouw klaar zijn. Projectleider De Vries hoopt dat de campus straks niet afhankelijk is van accu's en aggregaten: "Vlak naast ons zit een theater. Dat gebruikt vooral in het weekend stroom, wij doordeweeks. Misschien kunnen we samen gebruikmaken van een aansluiting."
Het datacenter in Almere moet er een jaar later - in 2028 - staan. Ontwikkelaar EvoSwitch laat weten dat het zich aan de procedures heeft gehouden en de vergunning aanvroeg in een tijd waarin er nog geen schaarste was op het net. Het bedrijf zegt het te betreuren dat partijen nu de dupe zijn van de tekorten op het stroomnet.