'Peilingen hebben beperkte invloed, maar kunnen kiezers een zetje geven'
De kiezer kan er in de laatste dagen voor de verkiezingen niet omheen: de peilingen. Ze domineren de gesprekken aan de talkshowtafels, de artikelen in de kranten en de debatten met politici. "Peilingen hebben invloed op meerdere manieren", zegt Armen Hakhverdian, hoofddocent politicologie aan de Universiteit van Amsterdam. "Maar dat hebben talkshows, krantenartikelen en filmpjes op sociale media ook."
In Nederland peilen we al zo'n tachtig jaar rond verkiezingen wat mensen van plan zijn om te stemmen. En hoewel er veel aandacht voor is, kennen we in Nederland een stuk minder peilingen dan in bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk of de Verenigde Staten.
Peilingen kunnen twijfelende kiezers een zetje in de rug geven, zegt Hakhverdian, maar ze geven lang niet altijd de doorslag: "Als een kiezer twijfelt tussen partijen die inhoudelijk dicht bij elkaar liggen, kan iets anders de doorslag geven. Dat kan het imago van een lijsttrekker zijn, maar ook of je op een grote of kleine partij wilt stemmen. Het is niet zo dat kiezers blind achter peilingen aanlopen zonder ideologie. Het is een bron van informatie."
Beperkte invloedOok Peter Kanne, onderzoeker van Ipsos I&O, ziet dat de peilingen een beperkte invloed hebben. "Ongeveer 17 procent van de kiezers stemt op basis van peilingen." Volgens Kanne zijn dat dan vaak mensen die strategisch willen stemmen.
"Het kan voor mensen van waarde zijn om op een grote partij te stemmen met invloed. Aan de onderkant, voor mensen die op een kleine partij willen stemmen, kan het van belang zijn om te weten of een partij op één of twee zetels staat in de peilingen of op nul."
De experts wijzen ook op indirecte effecten van de peilingen. Zo worden de lijstrekkers in debatten uitgenodigd op basis van de peilingen en wordt de media-aandacht voor partijen gebaseerd op de peilingen. "Dat kan in de loop van de campagne een vliegwieleffect hebben", zegt Hakhverdian.
Rol van de mediaDe universitair hoofddocent ziet vooral dat media peilingen erg belangrijk maken. "Veel journalisten vallen voor de verleiding om de peilingen te groot te maken."
Hij verwijt sommige media een gebrek aan uitleg bij de cijfers: "Het gaat te veel over kleine schommelingen, terwijl er juist veel meer informatie achter de peilingen zit. Dat is echt belangrijk!" De politicoloog doelt dan op cijfers waar partijen hun kiezers vandaan halen en bij welke partijen kiezers weglopen. "Dan kan er preciezer geduid worden hoe succesvol een campagne is. Nu zijn media niet aan het meten, maar bewegingen aan het creëren."
Volgens Kanne hebben droge peilingen alleen geen effect. "Lijsttrekkers die het goed doen worden in de media winnaars genoemd. Dat heeft natuurlijk een versterkend effect naar boven. Partijen die het slecht doen, worden verliezers genoemd en dat heeft een effect naar beneden."
Stoppen met peilingen?In andere landen wordt enkele dagen of enkele weken voor de verkiezingen geen peilingen meer gepubliceerd. Kanne, die ook peilingen doet: "Na de verkiezingen van 2023 zijn we in gesprek gegaan met grote media en hebben we het erover gehad om een paar dagen voor de verkiezingen te stoppen met peilen. Niemand was toen voor, behalve dagblad Trouw."
"Peilingen zijn een goede informatiebron, maar het is wel vermoeiend dat media er gretig en kritiekloos gebruik van maken", zegt hij. "Wij vinden het prima als er een pauze komt voor de verkiezingsdag, maar het is niet de bedoeling dat andere opiniepeilers dan wel doorgaan. Laat relevante partijen, de media en de overheid het dan organiseren."
Hakhverdian wil daarbij benadrukken dat kiezers ook dol zijn op peilingen. "Journalisten zijn ook niet gek en zien wat veel kliks krijgt. Zo'n scorebord houdt de politiek spannend en aantrekkelijk. Kiezers vinden het gewoon interessant dat er peilingen zijn."
Peilingen bij de NOSDe NOS publiceert in aanloop naar de Kamerverkiezingen van 29 oktober regelmatig de Peilingwijzer, een gewogen gemiddelde van de zetelpeilingen van Ipsos I&O en Verian/EenVandaag.
De NOS gebruikt deze methode vanuit de gedachte dat door een samenvoeging van kwalitatief hoogwaardige zetelpeilingen het meest betrouwbare beeld ontstaat van de kiezersvoorkeuren.