"Mijn voormalige commandant mocht me niet en stuurde me op zelfmoordmissies, maar ik kwam altijd terug. Toen deserteerde ik", zei de Oekraïense militair Jevgen (38) dit jaar tegen de Duitse omroep DW. Hij ging uiteindelijk terug het leger in, maar dat doet lang niet iedereen.
Het aantal strafzaken in Oekraïne tegen afwezige militairen is fors gestegen, komt naar voren uit cijfers van het Openbaar Ministerie in het land. De statistieken over afwezigheid zijn niet heel secuur, maar wijzen op een groeiend gevaar voor Oekraïne.
Militairen aan het front zien desertie als een van de grootste uitdagingen om de strijd vol te houden, vertellen ze aan de NOS.
Vele tienduizenden strafzaken
Tot en met oktober dit jaar zijn 21.600 strafzaken wegens desertie geregistreerd en zijn 162.500 onderzoeken gestart naar militairen die zonder toestemming afwezig waren. Het gaat om mensen zoals Jevgen, die in principe nog wel willen terugkeren.
Ter vergelijking: over heel vorig jaar werden 23.300 desertiestrafzaken geregistreerd en 67.800 onderzoeken naar militairen die zonder toestemming afwezig waren. Die tweede categorie is in twee jaar tijd explosief gestegen. Vorig jaar kwam Kyiv daarom met een tijdelijke regeling: overtreders kregen geen straf als ze terugkeerden op hun post.
Wat is het verschil?
Een militair deserteert als hij dienst weigert, wegvlucht en niet van plan is terug te keren. Afwezigheid zonder toestemming is een andere vorm van dienstweigering. Op beide delicten staan jarenlange celstraffen.
De tweede categorie is zeer breed. Een militair die na verlof wegblijft van zijn eenheid en bijvoorbeeld officieel bezwaar aantekent tegen zijn commandant of werkomstandigheden, valt eronder.
Die militair kan oogluikend in een andere eenheid worden opgenomen. Als de soldaat Oekraïne uit vlucht, kan alsnog een desertiezaak worden gestart.
Jevgen bleef anderhalve maand zoek. "Ik childe een beetje, want ik had al jaren geen vakantie gehad", vertelde hij in april aan DW. De man uit Marioepol had tien jaar op rij tegen het Russische leger gevochten. "De oorlog had me verwoest." Uiteindelijk meldde hij zich bij de militaire politie en kwam hij bij een andere brigade terecht.
Het is gissen in hoeveel van de vele tienduizenden zaken de bewuste militair later de wapens weer heeft opgepakt. Volgens kenners zitten in de statistieken dubbeltellingen, bijvoorbeeld van mensen die vaker afwezig zijn geweest.
Maar er kunnen ook meer zaken zijn dan de statistieken laten zien. Een Oekraïense commandant zei onlangs dat er juist meer militairen gevlucht zijn, maar dat het vaak niet wordt geregistreerd.
'Gewelddadig ronselen speelt een rol'
"Ongeacht hoeveel het er precies zijn, het belangrijkste is de trend", zegt Ian Proud. Hij is verbonden aan de Amerikaanse denktank Quincy Institute for Responsible Statecraft, werkte jarenlang als Britse diplomaat in Rusland en volgt de oorlog in Oekraïne op de voet.
Proud ziet een verband met de groeiende weerstand onder burgers tegen de zogenoemde 'busificatie'. Dat is de hardhandige manier waarop dienstplichtige Oekraïners worden geronseld.
Op sociale media gaan talloze beelden rond, aangewakkerd door pro-Russische kanalen, van Oekraïense mannen die van de straat worden geplukt. Soms worden ze geslagen en met busjes afgevoerd. Op andere filmpjes komen omstanders ertegen in actie.
Deze videobeelden zijn op locatie en tijd geverifieerd door de NOS. Ze zijn gedeeld als voorbeelden van busificatie. Dat lijkt inderdaad aannemelijk, maar is niet volledig te controleren:
Het Oekraïense leger blijft vastberaden tegen de invasiemacht vechten, zegt Oekraïne-specialist Julia Soldatiuk-Westerveld (Clingendael). Maar de militairen staan aan het front onder groeiende druk, zoals in de stad Pokrovsk die langzaam wordt omsingeld.
"Het is niet meer als aan het begin van de oorlog, toen meer mensen gemotiveerd waren hun land te verdedigen. Nu betekent naar het front gaan dat de kans klein is dat je terugkomt." Dat vooruitzicht maakt het er niet makkelijker op mensen te rekruteren zonder enige militaire ervaring, legt ze uit.
'Deserteren uit Russisch leger is moeilijker'
Ondertussen trommelt Moskou maandelijks naar schatting zo'n 30.000 nieuwe militairen op. Hoeveel Russen deserteren is onduidelijk. Vorig jaar stond in onafhankelijke Russische media dat er in drie jaar oorlog tienduizenden waren gevlucht.
"Het is veel moeilijker uit het Russische leger te vluchten dan uit het Oekraïense", zegt Rusland-kenner Mark Galeotti, onder meer verbonden aan de Britse denktank RUSI. Achter de frontsoldaten staan andere eenheden die moeten voorkomen dat Russen zich terugtrekken. "En je kan in Rusland niet zomaar een treinkaartje kopen zonder je paspoort."
Correspondent Christiaan Paauwe sprak in januari in Moldavië met gevluchte Oekraïense militairen:
Poetin heeft de tijd aan zijn kant, denkt Galeotti. Rusland lijdt zeer zware verliezen, maar kan die beter compenseren. "Oekraïne kan dit oorlogstempo niet nog een jaar volhouden, denk ik." Beide partijen verliezen volgens hem, maar Kyiv sneller dan Moskou.
"Ik denk dat de cijfers op zichzelf niet zo veel zeggen", zegt Soldatiuk-Westerveld. "Beslissend is de houding van westerse partners van Oekraïne." Simpel gezegd: zolang Europese bondgenoten Kyiv openlijk blijven steunen, kan het land zich blijven verdedigen.
Proud denkt dat Oekraïne voorlopig nog voldoende militairen heeft om door te vechten, maar dat het land de oorlog langzaam verliest. "Het beste zou een vredesdeal zijn. Die zal pijnlijk worden voor Oekraïne, maar niet zo pijnlijk als nog eens tienduizenden mensen verliezen."