OM stopt met actief opsporen matchfixing, sportbonden teleurgesteld
Het Openbaar Ministerie stopt met het actief opsporen van matchfixing. Dat bevestigt een woordvoerder van het OM na berichtgeving van De Telegraaf. In de afgelopen twaalf jaar hebben onderzoeken naar matchfixing twee zaken opgeleverd en dat is voor het OM te weinig.
Het OM vindt matchfixing wel "heel erg", maar vaak ontbreken aanknopingspunten, vertelt Bo van der Meer, hoofd Strategie Domeinfraude van het Functioneel Parket van het Openbaar Ministerie. Het gebeurt wel, maar is vaak niet zichtbaar.
"Overal waar we informatie zouden kunnen horen, zoals tapgesprekken over informatie van het Team Criminele Inlichtingen, zien we geen signalen terug. Er is ook geen 'bijvangst' in andere lopende onderzoeken", zegt Van der Meer in de krant.
Twee zakenOnderzoeken naar matchfixing leverden in twaalf jaar twee zaken op. In 2022 werd voetballer Tom Beugelsdijk voor vijf wedstrijden geschorst. Hij kreeg die straf omdat hij gewed had op wedstrijden waarin hij zelf meedeed, wat volgens de regels van de KNVB niet mag. Maar onderzoek door de politie leverde geen bewijs van matchfixing op.
Twee jaar later kregen twee minderjarigen een werkstraf van 70 uur voor matchfixing. Via sociale media namen ze contact op met verschillende spelers uit de Tweede Divisie, het derde voetbalniveau van Nederland. De tieners boden de voetballers geld aan om expres gelijk te spelen of te verliezen.
Volgens Van der Meer is matchfixing moeilijk te bewijzen. "Je hebt niet zomaar bewijsstukken, en bewust handelen, door bijvoorbeeld expres een penalty te missen, is ook moeilijk aan te tonen."
Sportbonden teleurgesteldSportbonden zoals de KNVB, KNLTB en NOC*NSF zijn niet blij met het besluit van het OM. Matchfixing is een vorm van criminaliteit die je alleen ziet als er naar gezocht wordt, stellen de bonden. "Wanneer er minder op wordt ingezet, neemt niet het probleem af maar verdwijnt het uit beeld. In omringende landen worden wel zaken opgespoord, wat de urgentie onderstreept."
De sportbonden mogen zelf geen onderzoek doen naar matchfixing, daarvoor blijven ze afhankelijk van het OM. De bonden stellen ook dat het risico op matchfixing toeneemt, door de stijgende interesse in gokken. In de Monitor Sportbeleid 2023 werd dan ook voorgesteld om een 'onafhankelijk integriteitscentrum' op te zetten. Dat zou zich volledig moeten richten op het tegengaan van matchfixing en illegaal gokken op wedstrijden.
De bonden zien dat wel zitten. "Wij kijken uit naar het onafhankelijk integriteitscentrum en de bijbehorende wetgeving die nieuwe mogelijkheden biedt voor betere informatiedeling en het effectief opvolgen van signalen. Maar opsporen blijft nodig."
Het integriteitscentrum moet zich ook richten op voorlichting van spelers over de risico's van matchfixing, zeggen de bonden. "Bewustwording en meldingsbereidheid zijn cruciale onderdelen van een weerbare sport."